Op 12 mei organiseerde de Rijswijkse PvdA een online bijeenkomst over bouwen en volkshuisvesting in de regio. Gast was Martijn Balster, Wethouder Wonen in Den Haag.
Martijn is vanuit de sociaal-democratische gedachte zeer gemotiveerd om een nieuw, voortvarend woonbeleid op te zetten. Vanaf zijn aantreden zet hij zich daarvoor in. Vele schrijnende gevallen komt hij tegen. Dat die er zijn is schandelijk en het motiveert hem nog meer: goed ‘wonen’ is een recht en geen markt. In zijn algemeenheid is meer opwaartse mobiliteit nodig. De slechte sociale woningbouw moet aangepakt worden.
De ambitie is om er 4.000 woningen per jaar bij te bouwen in Den Haag, maar ruimte is schaars en naast de woningopgaaf moeten er natuurlijk ook goede voorzieningen worden geregeld, zoals goed OV. Alleen dat al is een grote uitdaging. Wil Den Haag dan “de lucht in”? Ja, waar het kan en moet.
De corporaties is het de afgelopen jaren vakkundig moeilijk gemaakt. VVD-beleid heeft de slagkracht van de corporaties aardig ingedamd. Den Haag en Rijswijk zitten in landelijk de armste regio; de regio (Rijnmond en Den Haag) komt zo’n 10 miljard tekort. HaagWonen, Vestia, Staedion hebben weinig speelruimte. Rijswijk Wonen daarentegen krijgt in Rijswijk amper de ruimte. Ze hebben zelfs bij hem aangeklopt of ze niet in Den Haag mogen bouwen.
Per gebied kijkt Martijn naar mogelijkheden. Meer dan 70m2 in de sociale sector bouwen is eigenlijk overal moeilijk. In ZuidWest wordt goed gekeken naar het anders inrichten van de buitenruimten. Dat moeten plekken zijn waar mensen elkaar daadwerkelijk kunnen ontmoeten.
In de Dreven, Zichten en Gaarden wordt ook middeldure en betaalbare koop ingepland. De blijvers en de stijgers én de nieuwe aanwas moeten voor een nieuwe sociale werkelijkheid gaan zorgen. Dat kan alleen als je het integraal aanpakt.
Gevraagd wordt naar de mogelijkheden om kantoren om te bouwen. Martijn antwoordt dat daar altijd kansen liggen. Vele succesvolle transities zijn bekend. Er is echter een groot bestand aan slechte kantoren in onze regio. Opruimen en herplaatsen kost veel tijd en inspanningen. Niet iedereen is daar ook toe bereid.
De regio
Goede sociale woningbouw kan niet zonder de regio en wat Martijn betreft: ingrijpen en wetgeving vanuit het Rijk. Westland en Zoetermeer laten de sociale woningbouw aan de markt. Rijswijk en Den Haag zouden volgens het laatste RIGO-rapport achterover kunnen leunen. Gemeenten die zouden moeten leveren (Rijswijk onder andere) doen dat niet. De provincie kan ingrijpen als er afspraken zijn. Daar wil hij op inzetten.
Rijswijk
Dat in Rijswijk bij meerderheid besloten is maar geen sociale woningbouw meer te plegen is natuurlijk een schande maar een enorme kans voor de Rijswijkse PvdA in de campagne. In het verkiezingsprogramma kan daar een goed punt van gemaakt worden.
Mogelijkheden zijn:
- Keihard blijven inzetten voor minimaal 30% sociale woningbouw (want het is een bewuste keuze om geen goedkope woningen aan te bieden. Als je het voor het zeggen hebt, dan sturen op aantallen);
- Zet stevige betaalbaarheidsnormen in;
- Corporaties meer gunnen en meer betrekken;
- Neem een voorbeeld aan Zaanstad als het gaat om financiering voor de mensen. Inwoners met een laag inkomen kunnen bijlenen omdat de gemeente garant stelt zodat sociale koop ook voor deze doelgroep haalbaar is;
- De markt, dus de beleggers, en de gemeenten met de corporaties een paar keer paar jaar bij elkaar zetten en dan doelen vastleggen in convenanten in leefbaarheid en in het sociale domein;
- Ook middeldure koop bouwen; de middengroepen niet uit het oog verliezen;
- Bij nieuwbouw via bestemmingsplannen en contracten eisen stellen aan hoelang ‘betaalbaar’ daadwerkelijk betaalbaar moet blijven;
- In het verkiezingsprogramma opnemen dat er een regionaal convenant komt.
Gevraagd wordt hoe het kan dat de wachttijd voor een sociale woning in Rijswijk het langst is in de regio, nl zeven jaar.
Aangegeven wordt dat de echte sociale voorraad door rekentrucs niet goed zichtbaar is, maar inmiddels hier in Rijswijk ver onder de 37% ligt.
Andy Kooy (raadslid) meldt dat er een Woonfonds komt voor middenhuur; zo kunnen dergelijke woningen misschien wel gebouwd worden. Middeldure huren kunnen via een puntentoewijzing dan wel naar de juiste doelgroepen.
Yvonne Hagenaars
Secretaris
