Zoveel kinderen in armoede, dat moet anders in Rijswijk: ‘Vraag aan gezinnen wat echt nodig is’
In Rijswijk wonen veel meer kinderen in armoede dan het landelijke gemiddelde en evenveel als in het aangrenzende Delft met bijna twee keer meer inwoners. Hoe dat komt is niet eerder uitgezocht en de aanpak vraagt om denken buiten de bestaande regels, zeggen raadsleden Wil van Nunen (PvdA) en Hanneke van der Kooij (GroenLinks).
Rijswijk met ruim 55.000 inwoners heeft evenveel kinderen die in armoede leven als Delft met meer dan 100.000 inwoners. Net iets meer dan 17 procent van de kinderen kampt er volgens de cijfers van het CBS met structureel geldgebrek. Dat is meer dan het landelijke gemiddelde (11,8 procent) en ook meer dan in een stad als Zoetermeer met ruim 125.000 inwoners, waarin 15,1 procent van de kinderen in armoede leeft. Ter vergelijking: in Den Haag met een half miljoen inwoners leeft een op de vijf kinderen van heel weinig geld.
Hun belangrijkste punt: zorg dat je flexibel bent als gemeente door niet alleen naar de regels te kijken, maar naar de mensen voor wie ze zijn bedoeld. ,,Iemand kan veel meer geholpen zijn met financiële hulp om een opleiding te gaan doen, dan door gebruik te maken van de bestaande regelingen”, zegt Van der Kooij.
Wie precies de mensen zijn die in het op het oog welvarende Rijswijk in armoede leven, vraagt gedegen onderzoek. ,,We kunnen er nu alleen over speculeren”, zegt Van Nunen. Ze noemt de 30 procent sociale huurwoningen die Rijswijk heeft, mogelijk veel eenoudergezinnen of zzp’ers.
Verdrinken in nieuwe schulden
Betere armoedebestrijding begint volgens hen met een andere benadering van de mensen in problemen. ,,Kleine ondernemers die nu door de corona maatregelen dreigen te verdrinken in nieuwe schulden”, noemt Van Nunen als voorbeeld. ,,Die mensen zijn niet gewend om aan te kloppen voor hulp. Begin ook met mensen het gevoel te geven dat ze niet zelf schuldig zijn aan hun situatie.”
Dat vraagt ook veel meer samenwerking tussen allerlei instanties en afdelingen zowel binnen de gemeente als bij gesubsidieerde organisaties, maar ook kerken. ,,Begin ook vroeg met praten over armoede en geldzaken met kinderen”, zegt Van der Kooij die, in de wetenschap dat er al heel veel afkomt op scholen, daarin ook een rol ziet voor het onderwijs. ,,Niet zozeer om over hun eigen thuissituatie te praten, maar om het makkelijker bespreekbaar te maken en er bewust van te worden voor nu en hun toekomst.”
Juiste hulp
Het is niet dat Rijswijk niets doet aan armoedebestrijding. Via allerlei potjes zijn er geldstromen richting de gezinnen in nood. ,,Laten we kijken of het altijd de juiste hulp is”, zegt Van Nunen. Ze wil af van: dit is het aanbod dat je kan afnemen. ,,Ga in gesprek met de gezinnen over wat nodig is.”
Soms zit het in verandering in bestaande regelingen. ,,Neem de Ooievaarspas waarmee mensen met een kleine portemonnee gratis of tegen korting mee kunnen doen in de samenleving. In Rijswijk doen sportverenigingen daaraan mee, niet allemaal trouwens”, zegt Van Nunen. ,,Maar de aanschaf van het verplichte clubtenue wordt niet vergoed.” Keuzes die ze wil heroverwegen.
Nazorg is een ander belangrijk punt, zeggen ze. ,,Om terugval te voorkomen en te kijken of de mensen echt effectief geholpen zijn, is het daarbij belangrijk dat contact met de mensen gehouden wordt.”